Wat is NAH? De mogelijke gevolgen
Hersenletsel-uitleg:
NAH is de afkorting voor Niet Aangeboren Hersenletsel
NAH ontstaat na de geboorte (dus niet met, of rond de geboorte). Het kan ontstaan door verschillende oorzaken, maar leidt tot een breuk in de levenslijn. Door deze breuk is er sprake van een veranderd leven. Er is een tijd van vóór en een tijd na het hersenletsel. Hersenletsel verandert mensen, bijna niemand wordt weer zoals hij of zij was.
NAH is geen diagnose maar een verzamelnaam van allerlei aandoeningen in het brein.
Oorzaken van NAH:
Traumatisch hersenletsel ontstaat acuut door geweld van buitenaf. Vaak is er sprake van een plotselinge afremming of versnelling van het hoofd in een bepaalde richting of in meerdere richtingen.
Niet traumatisch hersenletsel heeft een inwendige oorzaak.
Aandoeningen of trauma’s die hersenletsel kunnen veroorzaken zijn:
Val op het hoofd, aanrijdingen, verkeersongevallen zoals auto-ongelukken, voorwerpen die tegen het hoofd komen, slag of kracht tegen het hoofd (misdrijf, mishandeling of sport). Hierbij kan zowel zichtbaar- als onzichtbaar schedelletsel ontstaan.
Binnendringen van een voorwerp van buitenaf in de hersenen.
Tumor (door de tumor zelf of door de operatie of littekenweefsel)
Infecties zoals encephalitis
Vergiftiging (brand, bepaalde medicatie)
Hersenbloedingen, herseninfarct (TIA`s), hersenschudding of een CVA.
Ziektes die leiden tot beschadiging in de hersenen (Alzheimer, Parkinson, Creutzfeldt-Jacob of M.S.)
Zuurstofgebrek (hartstilstand, ademstilstand, bijna-verdrinking, ophanging of rookvergiftiging)
Epilepsie als restverschijnsel van een vorm van hersenletsel of als oorzaak van hersenletsel
Waterhoofd als complicatie van een letsel, ontsteking of tumor
De mogelijke gevolgen van NAH:
Er kunnen blijvende gevolgen zijn als gevolg van NAH, die zowel zichtbaar en/of onzichtbaar zijn.
De zichtbare, lichamelijke, functionele beperkingen vallen vaak direct op. Men heeft in de gaten dat er iets aan de hand is.
De onzichtbare gevolgen vallen vaak pas na verloop van tijd op. Vaak pas wanneer het “gewone” leven opgepakt wordt. Het valt op dat dit anders gaat en kan moeilijk te begrijpen zijn.
De gevolgen kunnen voor iedereen verschillend zijn (in mindere of meerdere mate). Niet iedereen heeft met alle gevolgen te maken.
Zichtbare (lichamelijke) gevolgen
hemiplegie: verlamming van één zijde van het lichaam.
hemiparese: gedeeltelijke verlamming of verlies van spierkracht aan één zijde van het lichaam.
halfzijdige gevoelsstoornissen (vrijwel altijd aan de kant van de verlamming). Per persoon kan het verschillen welk gevoel verminderd is (pijn, warmte, koude, houding, beweging, tast).
Hemianopsie: één helft van het gezichtsveld is uitgevallen. De oorzaak ligt in de hersenbeschadiging, er is niets mis met de ogen.
Incontinentie of niet goed uit kunnen plassen.
Neglect: verwaarlozing van een lichaamshelft en een deel van de ruimte om de persoon heen zonder zich hier bewust van te zijn.
Epilepsie: de grootste kans hierop bestaat in de eerste maanden na een beroerte. De aanvallen kunnen zowel geheel als gedeeltelijk zijn.
Onzichtbare gevolgen
Cognitief:
Aandacht- en concentratiestoornissen: moeite met concentreren en verdelen van aandacht; tragere snelheid van denken en informatieverwerking.
Geheugenstoornissen: opgeslagen informatie niet meer (goed) kunnen oproepen; problemen met opslaan van informatie in het kortetermijn- en/of langetermijngeheugen, voorwerpen of gezichten niet meer kunnen herkennen (agnosie).
Stoornissen in de planning en uitvoering van voorkomende werkzaamheden of bezigheden. Geen overzicht meer hebben of ervaren, waardoor werkzaamheden of taken niet goed meer (of helemaal niet meer) uitgevoerd worden. Moeite met meervoudige dagelijkse activiteiten zoals koffiezetten of koken (apraxie).
Constante vermoeidheid: 70% van de mensen met NAH heeft last van extreme vermoeidheid; deze is ongewoon en gaat niet over met een nachtje goed slapen.
Gevolgen op gebied van communicatie:
Taalstoornissen: moeite met vinden van woorden, problemen met het vormen of begrijpen van taal (afasie); gebruik van rare woorden en zinnen; gebruik van lange zinnen of te veel praten; informatie letterlijk nemen in plaats van figuurlijk.
Spraakstoornissen: als de spieren van de mond verlamd zijn of niet gecoördineerd kunnen bewegen, wordt de spraak moeilijk verstaanbaar (dysartrie).
Mogelijke gedragsmatige gevolgen:
Niet kunnen leren van ervaringen: geen of verminderd ziekte-inzicht kan leiden tot overmoedig en riskant gedrag; zelfoverschatting.
Verstoorde controle: ongeduldig; impulsief; rusteloos of gejaagd; prikkelbaar; agressief (verbaal en of lichamelijk) zijn.
Verlies van volop in het leven staan: dit kan leiden tot terugtrekking en weinig initiatief.
Emotionele gevolgen:
Als direct resultaat van de schade die het hersenletsel aan de hersenen heeft veroorzaakt: vaak is er een sombere stemming, soms een overmatige vrolijkheid. Gedrag wat kenmerkend was van vóór het NAH kan zijn uitvergroot (zowel positief als negatief). Andere karakterveranderingen die kunnen optreden: sociaal onaangepast gedrag (decorumverlies); vloeken en agressiviteit; snel huilen; verhoogde prikkelbaarheid; veranderd gevoel voor humor.
Als reactie van degene met NAH op de klachten of op de reacties van de omgeving. Voorbeelden zijn: gebrekkig zelfvertrouwen door een groot verlies van mogelijkheden; somberheid en depressie; onzekerheid; angst voor het optreden van bijv. een nieuwe beroerte; gevoelens van frustratie en machteloosheid.
NAH staat niet op zichzelf; ook de omgeving heeft te maken met de gevolgen van het opgelopen NAH.